Naar homepage

.

Aan het begin van de 17e eeuw gaan meerdere personen de familienaam Van Bohe(e)men voeren. Deze personen wonen in het vroegere Monsterambacht en het westelijk deel van het vroegere ambacht ’s Gravenhage. De bekendste daarvan is Dirk Jansz. van Bohemen die een boerderij nabij het toenmalige gehucht Eikenduinen bewoont. Deze boerderij die Bohemen gaat heten, moet tijdens de Tweede Wereldoorlog wijken voor een uitbreiding van de stad Den Haag. Haar bestaan blijft echter voortleven, want de nieuwe Haagse woonwijk krijgt de naam Bohemen.

Kaartfragment met boerderij Bohemen, gelegen op de lijn Kijkduin-Eikenduinen in de polder Segbroek. Gekarteerd in 1898 (Nationaal Archief)

Archiefonderzoek  in 2017 heeft duidelijk gemaakt op welke wijze de eerste dragers van de familienaam Van Bohe(e)men met elkaar verwant zijn. De vroegste voorvader die daarbij is geïdentificeerd, wordt als stamvader van de familie Van Bohe(e)men gezien (totdat een nog vroegere  oudere voorvader wordt gevonden).
Het verloop en de uitkomsten van het archiefonderzoek zijn gepubliceerd in een tweetal artikelen van Peter J.M. van Boheemen in de tijdschriften Gens Nostra en Ons Voorgeslacht (zie pagina Publicaties).

Stamvader

De oudste voorvader waarover gedegen informatie bestaat, is Sijmen Jan Philipsz. (ca. 1500-ca. 1557). Hij woont in 1544 op een boerderij in de Lozerdijksepolder (later Uithofpolder) binnen Monsterambacht. Deze boerderij krijgt de naam Vrederust, maar dit gebeurt vermoedelijk pas veel later.

Monsterambacht in de 16e eeuw met aan de rechterkant de Lozerdijksepolder. Getekend door Jeffrey Erkens van Hoogheemraadschap Delfland.

Sijmen Jan Philipsz. heeft Vrederust in eigendom, inclusief het perceel van 6 morgen waarop de boerderij is gelegen ( een morgen beslaat 0,85 ha). Daarnaast heeft hij ca. 67 morgen in huur, waarvan 7½ morgen van de Heilige Geest in Den Haag. De betreffende 7½ morgen bevindt zich in de Haagse Escamppolder welke tegen de noordoostkant van de Lozerdijksepolder ligt.

Opmerkelijk is, dat Sijmen Jan Philipsz.  in 1552 in Delft een huis aan de oostzijde van de oude Delft koopt. Krap twee jaar later verkoopt hij dit weer. Vlak daarvoor wordt hij geregistreerd als poorter van Delft, waarbij hij wordt aangeduid als Sijmen Jan Philipsz. van Wateringen (grenst aan Monster).

Gezien het omvangrijke landgebruik , zijn huis in Delft en zijn poorterschap van deze stad zal Sijmen tot de bovenlaag van de plattelandsbevolking hebben behoord.

Boerderij Vrederust bij haar afbraak in 1957 (Foto F.W. Wegman, Haagse Beeldbank).

Gezien zijn patroniem is Sijmen een zoon van Jan Philipsz. Dit zal Jan Philipsz. zijn die in 1518-1522 land huurt van de Heilige Geest in Den Haag. Het betreft hier de huur van drie percelen die tezamen ca. 7½ morgen beslaan. Dit is dezelfde oppervlakte als door Sijmen wordt gehuurd (zie bovenstaande vermelding).

De verhuur van 7½ morgen aan Jan Philipsz. begint in 1486. Daarvoor wordt verhuurd aan Sijmon Hubrechtsz., mogelijk een familielid van Jan Philipsz.

Verder is vastgesteld, dat zowel Jan Philipsz. als Sijmen Jan Philipsz. 3 morgen in Loosduinen huren van de abdij aldaar.

Zuidelijk gedeelte van de Uithofpolder (eerder Lozerdijksepolder). Aan de rechterkant boerderij Vrederust. Gekarteerd door Kruikius in 1712.

Aangenomen wordt, dat de grootvader van Sijmen Jan Philipsz. de voornaam Philip heeft en omstreeks 1430 is geboren. Hij wordt vooralsnog gezien als de stamvader van de familie Van Bohe(e)men.

Voorvaderen van stamvader Philip

Mogelijk is stamvader Philip een zoon is van Jan Philipsz. die voorkomt in een charter uit 1431. Dit document gaat over een ruil van stukken land die Jan Philipsz. en Willem Jansz. bezitten aan weerszijden van de Hollewatering ten noorden van de Gantel. De Hollewatering ligt in het verlengde van de Wennetjessloot welke de oostgrens van de Lozerdijksepolder vormt (zie bovenstaande kaart van Monsterambacht).

Een geheel andere hypothese is, dat stamvader Philip een kleinzoon is van Gielis Sijmonsz. zoals weergegeven in het eerstvolgende geneagram.  De uitgangspunten voor dit hypothetische geneagram worden onderstaand toegelicht.

Geneagram I met hypothetische voorvaderen van Sijmen Jan Philipsz.

De eerder besproken overeenkomsten in landgebruik doen vermoeden dat Jan Philipsz., zoon van stamvader Philip, eveneens op Vrederust woont of dicht daarbij. Dit is wellicht ook bij Philip en nog vroegere voorvaderen het geval is. Vandaar dat is gekeken naar een opname van Monsterambacht uit 1378. Bij die opname zijn voor alle percelen in Monsterambacht niet alleen de oppervlakten vastgelegd, maar ook de eigenaren en de gebruikers.

In het zuidelijk gedeelte van kaartgebied VII waar Vrederust ligt, is sprake van een perceel van 6 morgen. Dit perceel is dan eigendom van Sijmen Florisz. en in gebruik bij Gielis Sijmonsz. Het is goed mogelijk, dat het gaat om hetzelfde perceel van 6 morgen dat Sijmen Jan Philipsz. in 1544 in bezit heeft. Over een boerenwoning wordt in de opname van 1378 nog niet gesproken.

Ten tijde van de opname is nabij het perceel van 6 morgen sprake van een stuk land van 29 morgen. Hiervan wordt 24 morgen gebruikt door jonge Gielis, waarmee de zojuist genoemde Gieles Sijmonsz. bedoeld zal zijn.

Bovenstaande data hebben geleid tot de gedachte, dat stamvader Philip mogelijk een kleinzoon is van Gielis Sijmonsz en een zoon van een nog onbekende Sijmen Philipsz. Verder onderzoek moet uitwijzen of deze hypothese klopt.

In het geneagram staat ook Sijmon Huijbrechtz. vermeld. Hij is eerder op deze pagina genoemd als huurder van land van de Heilige Geest in Den Haag. Hij is misschien een neef van Jan Philipz.

Sijmen Florisz. heeft mogelijk ook een zoon Floris Sijmonsz. Op 13 juli 1401 wordt namelijk ruim 2 morgen land in Monsterambacht verkocht aan de abdis van Loosduinen. Hierbij wordt Floris Sijmonsz. als buurman genoemd. Op grond van de opname uit 1378 wordt vermoed dat het betreffende perceel nabij de latere boerderij Vrederust ligt.

Indien Floris Sijmonsz. de grootvader is van stamvader Philip, dan zou het navolgende geneagram II juist kunnen zijn.

Geneagram II met hypothetische voorvaderen van Sijmen Jan Philipsz.

Oervaders van stamvader Philip

Op basis van DNA-onderzoek is de afstamming bepaald van de zogenaamde Y-chromosomale Adam die 150.000-300.000 jaar geleden in Afrika leefde. Zie daarvoor de webpagina DNA-profiel.

.

Naar homepage

.